lessenserie  bouw en binding

les 1 drie soorten stoffen

 Doel: de leerling kan aan de hand van de elementen in een gegeven formule uitleggen of de stof een metaal, zout of moleculaire stof is.

 

Voorkennis: plaats van metaalatomen en niet-metaal atomen in periodiek systeem

 

Inhoud:  Startopdracht sorteren.  Leerlingen laten noteren wat de manier is die tot de meest logische sortering leidt. Namen van de groepen geven: metalen, moleculaire stoffen, zouten.

Oefenen met formuleren: formules Ag(s), H3PO4(s), FeCl3(s)  geven en leerlingen laten UITLEGGEN wat dit voor soort stof is.

Gevraagde uitleg: "dit is een metaal / moleculaire stof / zout omdat de formule elementen uit de groep van de metalen / niet-metalen / metalen EN niet-metalen bevat."

Correcte uitleg laten noteren.

Relevante opgaven uit het boek laten maken.

 

Einde: exitpoll (socrative) met 3 soorten stoffen en meer of minder netjes geformuleerde redenaties en een open vraag: wat is nog niet helder uitgelegd? 

LEs 2 metalen

Doel:  de leerling kan vertellen hoe de metaalbinding tot stand komt, wat een metaalrooster is, aan de hand van de metaalbinding uitleggen dat vloeibare en vaste metalen stroom geleiden. 

 

Voorkennis: metaalatomen bevatten een klein aantal elektronen in de buitenste schil, positieve en negatief geladen deeltjes trekken elkaar aan, elektronen zijn negatief geladen.

 

inhoud: demonstratie metalen geleiden stroom, gesmolten metaal ook (tin, lood of kwik). Voorkennis activeren: wat is stroomgeleiding, hoe kan het dat metalen stroom geleiden, wat weet je over metaalatomen? 

Korte uitleg metaalbinding. 

Oefening: leg uit hoe het kan dat vast koper stroom geleidt.

Gevraagde uitleg: In een metaal zitten (de positieve atoomresten aan elkaar door) vrij bewegende elektronen. Stroomgeleiding is hetzelfde als bewegende elektronen. Daarom kan het metaal koper stroom geleiden.

 

Herhalen met relevante opgaven uit het boek.

 

Einde: Exitpoll met 1 of 2 vragen over stroomgeleiding door metalen.

les 3 ionen

Doel: de leerling kan aan de hand van de elektronenconfiguratie van elementen uit groep 1, 2, 15, 16, en 17 voorspellen wat de ionlading zal zijn, het verschil tussen valentie en oxidatiegetal uitleggen

 

Voorkennis: groep 18 zijn edelgassen met een volle buitenste schil, metaalatomen staan graag elektronen af, elektronenconfiguratie volgens Bohr.

 

inhoud: natriumatoom en chlooratoom volgens Bohr laten tekenen. Dan probleem voorleggen: wat met dat losse elektron als er geen andere metaalatomen in de buurt zijn, maar alleen chlooratomen?

Introduceren natriumION: los elektron is weg. Wat is lading? Formule? Is dit nu nog een metaal?

Chloride-ion: los elektron opgenomen. Wat is lading? Formule?

Keukenzout is NaCl. Welke deeltjes zitten hier dus in?

 

In BINAS tb 99 kijken: wat is elektronenconfiguratie, welke ionlading volgt hieruit? Korte uitleg geven wat oxidatiegetal is.

  

Oefenen met nieuwe stof via relevante opgaven uit het boek. 

Einde: Ionbouw herhalen met oefentabel.

les 4 zouten

Doel: de leerling kan vertellen wat een ionrooster is, aan de hand van de ionbinding en het voorkomen van ionen in de oplossing van een zout uitleggen dat opgeloste en vloeibare ionen stroom geleiden.

 

Voorkennis: bouw en lading van een ion

 

inhoud: Demonstratie zuiver water geleidt geen stroom, steenzout ook niet, oplossing steenzout in water wel. Eventueel uitbreiden met vast tinchloride en gesmolten tinchloride. Discussie in de klas: hoe kan dit? Richten naar conclusie: geladen deeltjes die bewegen.

Expliciet maken: stroomgeleiding kan dus OOK door bewegende IONEN, niet alleen bewegende elektronen!

Oefenen met uitleggen. Vragen om te stellen:

- leg uit hoe het kan dat gesmolten zinkchloride stroom geleidt.

- leg uit dat zeewater stroom geleidt

- leg uit of FeO(s) stroom geleidt

- leg uit hoeveel stoffen zich bevinden in een NaCl-oplossing

Herhalen met relevante opgaven uit het boek.

 

Einde:  exitpoll met 3 combinatievragen over metalen en zouten en stroomgeleiding.

les 5 herhalingsles

Een aantal opdrachten zoals de uitlegvragen uit  les 1, 2 en 4 in een wedstrijd voorleggen.

 

Een SO is op dit moment ook een mogelijkheid. 

Les 6 covalente binding

Doel:  de leerling kan in een schematische tekening met het model van Bohr aangeven hoe een covalente binding tot stand komt, en structuurformules van moleculen tekenen

Voorkennis:  aantal valentie-elektronen, edelgasconfiguratie

Inhoud: Rollenspel elektronen.

Oefen met verwerken door Fof H2O met Bohr weer te geven, waarbij het gedeeld elektronenpaar duidelijk aangegeven wordt.

Uitleg: "gedeeld elektronenpaar = streepje" . Afleiden van covalenties (=aantal bindingen die samenhangt met aantal valentie-elektronen) uit periodiek systeem, tekenen van structuurformules vooral leren door oefenen.

Einde: exitcard met twee opdrachten: tekenen mbv Bohr en structuurformule methanol.

 

Les 7 vanderwaals binding

Doel:  de leerling kan

Voorkennis:  atomen, moleculen, koken op microniveau

Inhoud: ...

 

Les 8 polaire atoombinding

Doel:  de leerling kan

Voorkennis: covalente binding

Inhoud: ...

 

Les 9 oplossen in water

Doel:  de leerling kan

Voorkennis: polaire atoombinding, structuurformule water, oplossen op microniveau

Inhoud: ...

 

LEs 10 herhalingsles

Doel: de leerling kan in diverse situaties uitleg geven over het al dan niet oplossen van stoffen

Voorkennis: oplossen, oplossen in water

inhoud: ...